Toonaangevende Marine-scheepswerven en kennisinstituten in acht EU-landen zoeken de samenwerking om hun Marines te helpen toekomstige militaire dreigingen effectief te pareren. Onder de noemer SEA Defence buigen ze zich in online workshops over de vraag aan welke technologische eisen volgende generaties Marineschepen in Europa moeten voldoen. Het project SEA Defence werd vorig jaar juni geselecteerd door de Europese Commissie binnen het Europees Defensie Industrie Ontwikkel Programma.
“Het is niet de bedoeling dat deze scheepswerven samen één grote Europese Marinewerf worden”, legt Project Manager Marcel Elenbaas uit. “Wel bekijken we samen hoe we in de toekomst naval platforms kunnen bouwen die beschikken over technologie waarmee onze mannen en vrouwen van de Marines van morgen hun taken kunnen uitvoeren en kunnen winnen. Met andere woorden: die voldoen aan de hoogste capability requirements.”
Dat kan bereikt worden door de Europese Marinewerven meer te laten samenwerken o.a. bij het ontwikkelen van veelbelovende nieuwe technologieën, en door een ‘naval cluster’ op Europees niveau op te richten naar het voorbeeld van de Nederlandse Gouden Driehoek.
“Damen Naval is de nationale Marinebouwer met alle competenties in huis. Daarom kunnen en mogen wij leiding geven aan SEA Defence”, aldus Marcel.. De ambitieuze haalbaarheidsstudie wordt met ruim 14 miljoen euro financieel ondersteund door EDIDP, het Europees Defensie Industrie Ontwikkel Programma, een EU-programma dat de Europese Commissie heeft opgezet om de concurrentiekracht van de Europese defensie-industrie te verhogen. Marcel legt uit dat SEA Defence niet beoogt “om samen aan één serie fregatten te werken”. “De Europese Marinewerven moeten het niet hebben van brute kracht, maar van slim en innovatief samenwerken.”
“Daardoor kunnen wij straks nog efficiëntere en effectievere platforms bouwen die beter in staat zijn onderling met elkaar te communiceren, en kunnen wij op het niveau van subsystemen wél kijken naar innovatie en commonality (gemeenschappelijkheid). Zo kun je ook beter die toekomstige bedreigingen doeltreffend het hoofd bieden.” Daarom wordt er volgens de Project Manager tijdens SEA Defence ook steeds teruggekoppeld naar de materieelorganisaties van de deelnemende landen, in ons geval dus Defensie/DMO. Die kunnen het beste beoordelen waaraan in de toekomst behoefte zal zijn.
Aan de online sessies doen naast vertegenwoordigers van de betrokken Ministeries van Defensie ook altijd mensen mee van de Marines uit de acht participerende EU-landen. Damen Naval is blij en vereerd leiding te mogen geven aan SEA Defence. Het deelnemersveld telt naast Damen Naval de andere Europees leidende marinewerven Fincantieri (Italië), Naval Group (Frankrijk), Navantia (Spanje), Saab Kockums (Zweden), Sea Europe (België), ThyssenKrupp Marine Systems en Lürssen Defence (beide Duitsland). Deze vormen samen met Odense Maritime Technology (Denemarken) en de onderzoeksinstituten TNO en MARIN (beide Nederland) en Centro Technológico Naval (Spanje) het consortium.
“De Marines in Europa staan voor uitdagingen”, weet Marcel. “We leven in een maritiem continent, zijn afhankelijk van de vrije zee. Geopolitieke spanningen zijn in dat overgrote domein ook een sterk groeiende bedreiging voor Europa en we zien nieuwe wapens verschijnen, zoals drones die in zwermen op een Marineschip af worden gestuurd en extreem snelle hypersonische raketten… Je kunt je ook afvragen hoe zinvol stealth nog is als je toch al via allerlei slimmere sensoren en inmiddels grote aantallen satellieten gevolgd kan worden. Daarnaast moeten we er rekening mee houden dat onze Marines straks vaker in gebieden met extreme weersomstandigheden worden ingezet.”
“De Marines in Europa staan voor uitdagingen. We leven in een maritiem continent en zijn afhankelijk van de vrije zee." Marcel Elenbaas
Over al deze ontwikkelingen brainstormen ze bij SEA Defence om te komen tot passende toekomstige operationele scenario’s op Europese schaal door nauwere technologische samenwerking. Marcel: “Maar het is belangrijk dat lidstaten hun eigen fregatten kunnen blijven ontwikkelen en bouwen, in samenwerking met hun eigen specialistische bedrijven en kennisinstituten die meewerken aan het uitrusten van deze schepen, zoals in Nederland de Gouden Driehoek van Defensie, bedrijfsleven en kennisinstituten dat doet. Het laat onverlet dat de technologische en industriële basis van Europa’s defensie, en daarmee de Europese maritieme verdediging, sterker moet worden.”
“Binnen SEA Defence is het vooral de bedoeling dat we als Damen Naval samen met de concurrerende Marinewerven in Europa een gemeenschappelijk beeld krijgen van de stand van de techniek op verschillende platform gerelateerde onderwerpen. SEA Defence streeft ook naar zoveel mogelijk overeenstemming tussen de EU-lidstaten over de zinvolle besteding van de gelden uit het Europees Defensie Fonds.” Voor de acht deelnemende landen aan de haalbaarheidsstudie heeft TNO virtuele sessies opgetuigd waarbij fictieve ‘wargames’ de basis vormden om alle partijen te inspireren hun visie te delen over toekomstige dreigingen.
“Ondanks de coronamaatregelen zijn de deelnemers er onder leiding van TNO in geslaagd om in een innovatieve workshop setting met vertegenwoordigers van de Ministeries van Defensie te brainstormen over de in de toekomst gevraagde capabilities”, stelt Marcel tevreden vast. SEA Defence houdt 19 en 20 oktober opnieuw virtuele workshops. Op 19 oktober gebeurt dat met technische toeleveranciers van de Marinewerven (external experts), “zeg maar de grotere systeemhuizen, zoals in Nederland Thales”, aldus Marcel.
Ook kleine gespecialiseerde bedrijven die een specifieke technologie kunnen bieden, zoals Next Ocean, uitvinder van de Wave Predictor, zijn uitgenodigd om mee te doen aan deze sessie. Een van de doelen van SEA Defence is om een Europees platform te stichten waarin de external experts kunnen samenwerken. Ook zouden de kleine en middelgrote technologiebedrijven, de SME’s (small and medium-sized enterprises) hun kennis en expertise moeten bundelen om die straks te kunnen toepassen in de technologie van toekomstige Europese naval platforms.
Tijdens de online sessie op 20 oktober gaan hogere delegaties uit Brussel en vertegenwoordigers van EU-lidstaten samen bekijken welke concrete vormen van samenwerking kunnen leiden tot verbeterde effectiviteit van de toekomstige Marine platforms, de basisgedachte waar het bij het project SEA Defence uiteindelijk allemaal om draait. In deze workshop kan Nederland de ervaringen inbrengen van de succesvolle Gouden Driehoek, de innige samenwerking en kruisbestuiving tussen Defensie, bedrijfsleven en kennisinstituten die Nederland hoogwaardige kennis heeft opgeleverd op het gebied van Marinebouw.
Ook kunnen wij juist weer leren van de successen uit de andere participerende landen. “Mogelijk kan zo’n gecoördineerde aanpak ook op Europese schaal worden uitgerold in de vorm van een Europees naval cluster waarin de deelnemende landen onderling van elkaars kennis kunnen profiteren.”